Op dinsdag 28 juli 1998 heb ik als vader van Sandra Ilona Kalk, geboren op 21 april 1981, aangifte gedaan wegen vermissing van mijn

dochter. Op 31 juli 1998 werd door de Regio Politie Groningen het lichaam van mijn dochter aangetroffen. Autopsie wees o.a. uit, dat

Sandra om het leven was gebracht door twee pistoolschoten in het hoofd.                              

 

Zoals bekend leidde het opsporingsonderzoek naar drie verdachten, namelijk Mutlu, Haci en Gokhan.  De eerste verdachte is bij zijn a

anhouding door de Politie op 31 augustus 1998 tijdens een schietincident om het leven gekomen. In verband met zijn overlijden kan

Mutlu niet meer als verdachte worden aangemerkt. De beide andere verdachten zijn aangehouden, in verzekering- en daarna in bewaring

gesteld. Tegen hun heeft op bevel van de Rechter-commissaris in strafzaken ook een gerechtelijke vooronderzoek, plaatsgevonden.

De voorlopige hechtenis is in beide gevallen nog tijdens het gerechtelijke vooronderzoek opgeheven. De beide verdachten zijn toen in

vrijheid gesteld.

 

Na DNA onderzoek zijn de twee gerechtelijke vooronderzoeken gesloten. Na sluiting van het gerechtelijke vooronderzoek heeft de

Officier van Justitie, Tom Wiersma, in het Arrondissement Groningen aan Gokhan voornoemd een zogenaamd kennisgeving van geen

verdere vervolging doen betekenen.

 

De Officier van Justitie, Tom Wiersma, was ook van plan om de zaak tegen Haci wegens gebrek aan bewijs te seponeren. Voordat

die beslissing kon worden uitgevoerd is door mij, vader en waarbij moeder van Sandra bij het verzoek aansluit, een klacht ingediend

op 14 september 1999. Artikel 12 sc met het verzoek om de vervolging van Haci (verder) te vervolgen.

 

Vervolgens werd in een gesprek met de Officier van Justitie medegedeeld, dat de moord op Sandra Ilona kalk was opgelost en dat

onderzoek zou hebben uitgewezen, dat Mutlu de (enige) dader geweest. De klaagster, moeder van Sandra, is vervolgens eerst mondeling

nader door de regiopolitie Groningen over het onderzoek naar de moord op Sandra ingelicht. Omdat zij naar haar mening geen bevredigend

antwoord kon worden gegeven op haar vragen heeft zij om inzage in de stukken gevraagd.

 

De klaagster heeft inzage gehad in een deel van de stukken, namelijk het proces verbaal van bevindingen met een overzicht van het onderzoek,

de procesverbalen van het technische onderzoek en het onderzoek op de plaats waar Sandra is aangetroffen, het rapport van de autopsie en

de twee uitgebracht rapporten van het DNA onderzoek. Naar aanleiding van de inhoud van de stukken, is zij ook tot de conclusie gekomen,

dat zij eveneens niet kan verenigen met de beslissing van Officier van Justitie om de zaak tegen Haci te seponeren.

 

In februari 2000 hebben wij een klacht ingediend bij het hof wiens vervolging word verlangd van Haci. Mutlu, Haci en Gokhan hebben altijd

als groep met elkaar geopereerd. Dit was voor Justitie en Politie dan ook één van de reden om hen alle drie als verdachten aan te merken.

 

Min of meer staat vast, dat het pistool, dat bij de moord is gebruikt waarschijnlijk hetzelfde pistool is geweest als waarmee een tijd voor de

moord op Sandra al verschillende malen is geschoten. De gevonden kogels komen was het kaliber, gewicht en samenstelling betreft namelijk

met elkaar overeen. Het pistool was toen in het bezit van Mutlu. Naast Mutlu hebben echter destijds ook Haci en Gokhan met het pistool geschoten.

Niet kan worden aangetoond, dat Mutlu op de dag van de moord over datzelfde pistool beschikte. Het moordwapen is nooit teruggevonden.

 

Een getuige heeft Sandra, nadat zij bij kennissen in de Johan Vermeerstraat was vertrokken en op weg naar haar woning te Martenshoek,

op zondag 26 juli 1998 omstreeks 22.20 uur in gesprek gezien met Mutlu. Een kennis van Sandra, Roy V., die ook op bezoek in de

Johan Vermeerstraat was geweest, heeft Sandra vervolgens omstreeks 22.30 uur weer alleen richting huis zien lopen.

En heeft Sandra niet meer gezien nadat hij snack had gehaald.

 

Een oud vrouwtje met een hondje heeft Sandra gezien omstreeks 22.30 uur. Sandra stond op de  hoek van de Kerkstraat bij een makelaardij

“de Wit” en vroeg aan Sandra of er iets was. De vrouw heeft Sandra zo lang nagekeken totdat Sandra uit haar gezichtsveld was in de

Meint Veningastraat richting haar huis. De vrouw liep vervolgens richting Hoofdstraat en kwam twee jongens tegen en gingen achter Sandra aan.

Vervolgens heeft een getuige Sandra rond 22.45 uur een lift aangeboden. Hij kon Sandra. Sandra wou niet mee. Sandra wou met drie jongens

mee die aan de overkant van de weg liepen.  Jongens hadden donker bomber jacks aan en baseball petjes op. De getuige kon deze jongens niet.

 

Omstreeks 23.00 uur is Sandra gezien door een cafetaria eigenaar (Braam) in de Hoofdstraat. Sandra liep weer terug richting Sappemeer.

Aan de Van Heemskerckstraat ten hoogte van het dierenpark heeft een getuige Sandra gezien. De getuige liet zijn hond uit omstreeks 23.20 uur.

Sandra liep vanaf A. van Ostadestraat richting  De Keizerstraat.  De getuige zag een auto met twee buitenlandse jongens Sandra achtervolgen.

Sandra was bang en liep goed stevig door volgens de getuige. De auto moest vervolgens keren in de Keizerstraat, want de straat loopt dood

voor autoverkeer. Sandra ging haar weg vervolgen richting Kerkstraat.  Even later weer achtervolgd door die auto met twee personen erin.

 

Naderhand heeft een bezorger omstreeks 01.30-02.00 uur, van het broodjeshuis ‘Kaan” aan de Kerkstraat,  Sandra alleen in de richting van

haar huis zien lopen. Vermoedelijk is deze persoon de laatste getuige geweest, die Sandra nog in leven heeft gezien.  Politie heeft deze

verklaring niet serieus genomen.

 

Vast is komen te staan, na sectie, dat Mutlu en Sandra seksueel contact met elkaar hebben gehad. Verder heeft een getuige op de beneden

verdieping in de Houtmanstraat 11 stemmen van een man en vrouw in het appartement boven haar gehoord en omstreeks 23.25 uur en bed

 horen kraken. Vaststaat ook dat  Mutlu ((illegaal) - hij had namelijk een sleutel van de woning) toegang had tot de bedoelde bovenwoning

en dat op de plaats waar Sandra werd gevonden verschillende voorwerpen uit de Houtmanstraat zijn gevonden.

Niets wijst erop, dat op de bovenverdieping in het Houtmanstraat enige vorm van geweldpleging of vrijheidsbeneming heeft plaatsgevonden.

Aanvankelijke leek het erop of in de Houtmanstraat handboeien waren gebruikt om Sandra daarmee vast te ketenen.  Nader DNA onderzoek

heeft echter aan het licht gebracht, dat op de betreffende handboeien alleen genetische sporen waren te vinden van Mutlu en een onbekende man.

 

Behalve dat verder nog riem en kleding van de Houtmanstraat 11a op de plaats waar het lichaam van Sandra tenslotte is gevonden zijn

aangetroffen valt er niets te zeggen over de toedracht van de moord en of er één of meerdere daders zijn geweest. Zo is de plaats van

het delict nooit gevonden. Het DNA sporen op de handboeien sluiten niet uit, dat er mogelijke meerdere personen bij de moord op

Sandra zijn betrokken.

 

Bij de plaats waar het lichaam van Sandra is gevonden is een schop aangetroffen, die vervolgens de verklaring van de vader van Multu

 uit zijn tuinhuisje afkomstig is. De schop was al enige tijd in het bosperceel aanwezig en is niet specifiek speciaal gebruikt om Sandra

 te begraven. Er zou een ingegraven vat met deksel in het bosperceel aanwezig zijn waar gestolen goederen in bewaard werden. Veel

 bewijsmaterialen wijst weliswaar in de richting van Mutlu, maar dat hij alleen het delict zou hebben begaan en geen mededaders of

medeplichtigen heeft gehad is niet waarschijnlijk en in ieders geval niet uitgesloten te achten.

 

Sandra zou gekneveld gevonden zijn. Autopsie wijst op zuurstof tekort. Dit wijst erop, dat Sandra eerst met een auto is vervoerd.

Bij de dijk, Rijksweg, vlak bij de plaats waar het lichaam van Sandra is aangetroffen heeft de politie sleutels en een schoen gevonden.

Ook dat wijst erop, dat Sandra nadat zij ergens anders is Vermoord met een auto naar een stille plek is vervoerd om haar lichaam te

kunnen verbergen. Multu had geen auto. Haci had wel een auto een BMW. Ook reed Mutlu soms in de auto van zijn zuster.

Het voorgaande wijst op meerder daders.

 

Het vorige in combinatie met de informatie, dat Haci, Mutlu, Gokhan en Robert H. vlak na de dag waarop de moord op Sandra vermoedelijk

 heeft plaatsgevonden, de BMW grondig aan het schoonmaken waren vormde een tweede reden om deze personen als verdachten aan te

 merken. Uit de BMW zijn sporen veilig gesteld, waaronder onder vezels, maar verder niet zijn onderzocht. Deze vezels kunnen vergeleken

 worden met de vezels die aangetroffen zijn op Sandra haar lichaam.

 

Door het rechercheteam is verder onder meer ook onderzoek gedaan naar het mogelijke motief van de moord. Sandra ging met de drie

verdachten om. Eén van de vragen van het team was dan ook of Sandra door het contact met Mutlu, Haci en Gokhan dingen over de

diverse criminele activiteiten van die groep had gehoord, zie zij eigenlijke niet mocht weten en dat die wetenschap haar mogelijk fataal is

 geworden. Zo ging in Hoogezand zelfs het gerucht, dat Sandra reeds een belastende verklaring bij de Politie tegen de drie zou hebben

afgelegd. Bij het onderzoek kon geen motief worden vastgesteld. Een puur seksueel delict is hier niet waarschijnlijk. De mogelijkheid blijft

 dus bestaan, dat Sandra is vermoord, omdat zij gewoonweg te veel wist van de criminele activiteiten van de betreffende groep. Ook het

 laatste wijst erop, dat Sandra met voorbedachten rade om het leven is gebracht en dat er meerder personen bij haar verdwijning en bij

de moord op haar zijn betrokken.

 

Volgens het dossier heeft een getuige de BMW zien staan in de week van Sandra haar vermissing, waar Sandra haar lichaam is aangetroffen.

 In 2005 heeft zich ook een getuige gemeld met de verklaring dat hij de BMW van Haci naast het bosperceel, waar Sandra haar lichaam is

aangetroffen, midden in de nacht heeft gezien in de week van Sandra haar vermissing. Rond de BMW bevonden zich op dat moment meerdere

 personen.

 

Sandra haar vermissing werd op donderdag 30 juli 1998 op de lokale televisie omroep uitgezonden. Dit was aanleiding van een getuige

 zijn merkwaardige ervaring op maandag 27 juli te melden aan de politie.

 

Sandra werd gevonden, nadat deze getuige zich aan de politie had gemeld, dat hij een zich verdacht gedragende persoon uit het bos zag komen.

 Waarna die persoon op de fiets is gestapt en weg is gereden. Iets verderop in het bos is daarna door de politie toen het half begraven lichaam

 van Sandra gevonden. Het is niet met zekerheid vast te stellen, volgens het dossier politie, of die getuige nu Mutlu of Haci heeft gezien. 

De getuige zegt zelf dat hij Haci heeft gezien. Ook heeft de politie verzuimd een Oslo Confrontatie uit te voeren, wat volgend de richtlijnen

 had moeten gebeuren. Ook dat laatste ondergraaft de stelling, dat Sandra door één persoon is vermoord. Het is zelfs niet met zekerheid

 te zeggen, dat Multu schuldig is aan de moord. Tenslotte is nog van belang, dat Haci blijkens het strafdossier geen sluitende alibi heeft,

tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd om alibi te verschaffen.

 

De medewerkers van het rechercheteam hebben zich bij het onderzoek naar een motief voor de moord vooral beziggehouden met de vraag

of datgene wat Sandra het opgevangen omtrent een wapenhandel van de betreffende verdachten een mogelijk motief had kunnen zijn voor

de moord op haar. Het scala van delicten waar de betreffende verdachten zich mee bezig hebben gehouden is echter veel omvangrijker.

Een nader onderzoek naar het mogelijk motief is hier dus op zijn plaats.

 

De getuige, die persoon uit het bos waar het lichaam van Sandra lag heeft zien komen en de man op een fiets heeft zien stappen kon beter

worden onderzocht. In het dossier staat steeds vermeld een opoefiets. Maar het is overduidelijke een zwarte gazelle dames fiets. De getuige

 heeft twee maanden later dezelfde fiets zien staan bij de koffieshop “De Happy” aan de Meint Veningastraat te Hoogezand en heeft dit

 keurig gemeld bij de politie. Vervolgens heeft de politie hiermee niets gedaan. Wellicht was de herkomst van die fiets nog te achterhalen.

 

Sandra is waarschijnlijk op zondag 26 juli 1998 om het leven gebracht. Een verder onderzoek naar de auto’s waarin de drie verdachten

op of omstreeks die datum zich verplaatst hebben is dan ook zinvol.

 

Op onder ander de plaats waar Sandra is aangetroffen en in de Houtmanstraat zijn tenslotte genetische monsters veiliggesteld voor DNA

 onderzoek(haren). Het merendeel van de monsters kon in Nederland wegens het ontbreken van de haarzakjes echter niet nader worden

onderzocht.  In 2000 kon het wel worden onderzocht in Engeland.  Waarom heeft de Openbare Ministerie hiervoor geen verdere opdrachten

 voor gegeven.

 

Het gaat daarbij om de “mitrochondriale” onderzoeksmethode. Deze onderzoeksmethode kent twee onderdelen namelijk een ‘mini sequencing”

en een “full sequencing”. Het laatste onderzoek levert meer zekerheid op en is naast een “mini squencing” zonder meer aan te raden.

 

Via een dergelijk onderzoek kon in 2000 mogelijk een sterker verband worden gelegd tussen de genetische monsters, die op diverse plekken

 

 zijn veiliggesteld. Van belang is verder om te onderzoeken of de resultaten van het ‘mitrochondriale” onderzoek verwijzen naar het genetische

materiaal, dat bij de handboeien is veiliggesteld en of de aldus gevonden profielen overeenkomen met het profiel van Haci. En wellicht was in

2000 via een ander genetisch onderzoek nog een duidelijker verband aan te tonen. Al met al kan een dergelijk “mitrochondriaal” of ander

genetisch onderzoek een nieuw en duidelijk daderspoor opleveren. En andere dader of nieuwe feiten hadden hiermee aan het licht kunnen

komen.

 

Het rechercheteam is te laat begonnen, met als excuus vakantietijd, en veel te vroeg ontbonden. Ik vind het heel erg dat de Justitie een zaak

 als deze niet wil oplossen. De dader of daders kunnen, in deze maatschappij nog steeds vrij rondt lopen. Dit geeft mij als vader van Sandra

 en de familie een zeer onbevredigend gevoel.

 

Al vaker vermoeden wij, dit is nogmaals bevestigd in de media waar in de strafzaak van Nienke zomaar rapporten worden verzwegen,

onwaarheden bevatten of worden achtergehouden om alleen maar te scoren.   Er bestaat bij mij grote twijfels omtrent de kwaliteit van

het onderzoek naar de moord op mijn dochter Sandra Ilona Kalk. Het gevoel zegt mij al jaren overduidelijk dat ook hier fouten zijn

 gemaakt. Tenslotte gaat het hierom een strafzaak waar minimaal 12 jaar gevangenisstraf voor staat.

 

                                                           ***********

 

RTL nieuws 17 september 2005:

NFI-deskundige; fouten OM zijn structureel.

Fouten in de opsporing zijn binnen het Openbare Ministerie Structureel. Dat zegt Çhief Scientist” Brouwers van het Nederlandse

Forensisch Instituut (NFI) in NRC Handelsblad. Volgens Brouwers staan de fouten in de zaak- Nienke niet op zichzelf.

Het OM zou te star vasthouden aan een bepaalde mening over een zaak. Resultaten van bijvoorbeeld NFI onderzoek worden gebruikt

zoals het OM het uitkomt. Brouwers zou het beter vinden als het NFI direct aan de Rechter-commissaris zou rapporteren.

Nu gaan de onderzoeksresultaten via het OM naar de Rechter.

***********************************************************************************************************************************************************

 

 

Op dinsdag 28 juli 1998 heb ik als vader van Sandra Ilona Kalk, geboren op 21 april 1981,

Op dinsdag 28 juli 1998 heb ik als vader van Sandra Ilona Kalk, geboren op 21 april 1981, aangifte gedaan wegen vermissing van mijn

dochter. Op 31 juli 1998 werd door de Regio Politie Groningen het lichaam van mijn dochter aangetroffen. Autopsie wees o.a. uit, dat

Sandra om het leven was gebracht door twee pistoolschoten in het hoofd.                              

 

Zoals bekend leidde het opsporingsonderzoek naar drie verdachten, namelijk Mutlu, Haci en Gokhan.  De eerste verdachte is bij zijn a

anhouding door de Politie op 31 augustus 1998 tijdens een schietincident om het leven gekomen. In verband met zijn overlijden kan

Mutlu niet meer als verdachte worden aangemerkt. De beide andere verdachten zijn aangehouden, in verzekering- en daarna in bewaring

gesteld. Tegen hun heeft op bevel van de Rechter-commissaris in strafzaken ook een gerechtelijke vooronderzoek, plaatsgevonden.

De voorlopige hechtenis is in beide gevallen nog tijdens het gerechtelijke vooronderzoek opgeheven. De beide verdachten zijn toen in

vrijheid gesteld.

 

Na DNA onderzoek zijn de twee gerechtelijke vooronderzoeken gesloten. Na sluiting van het gerechtelijke vooronderzoek heeft de

Officier van Justitie, Tom Wiersma, in het Arrondissement Groningen aan Gokhan voornoemd een zogenaamd kennisgeving van geen

verdere vervolging doen betekenen.

 

De Officier van Justitie, Tom Wiersma, was ook van plan om de zaak tegen Haci wegens gebrek aan bewijs te seponeren. Voordat

die beslissing kon worden uitgevoerd is door mij, vader en waarbij moeder van Sandra bij het verzoek aansluit, een klacht ingediend

op 14 september 1999. Artikel 12 sc met het verzoek om de vervolging van Haci (verder) te vervolgen.

 

Vervolgens werd in een gesprek met de Officier van Justitie medegedeeld, dat de moord op Sandra Ilona kalk was opgelost en dat

onderzoek zou hebben uitgewezen, dat Mutlu de (enige) dader geweest. De klaagster, moeder van Sandra, is vervolgens eerst mondeling

nader door de regiopolitie Groningen over het onderzoek naar de moord op Sandra ingelicht. Omdat zij naar haar mening geen bevredigend

antwoord kon worden gegeven op haar vragen heeft zij om inzage in de stukken gevraagd.

 

De klaagster heeft inzage gehad in een deel van de stukken, namelijk het proces verbaal van bevindingen met een overzicht van het onderzoek,

de procesverbalen van het technische onderzoek en het onderzoek op de plaats waar Sandra is aangetroffen, het rapport van de autopsie en

de twee uitgebracht rapporten van het DNA onderzoek. Naar aanleiding van de inhoud van de stukken, is zij ook tot de conclusie gekomen,

dat zij eveneens niet kan verenigen met de beslissing van Officier van Justitie om de zaak tegen Haci te seponeren.

 

In februari 2000 hebben wij een klacht ingediend bij het hof wiens vervolging word verlangd van Haci. Mutlu, Haci en Gokhan hebben altijd

als groep met elkaar geopereerd. Dit was voor Justitie en Politie dan ook één van de reden om hen alle drie als verdachten aan te merken.

 

Min of meer staat vast, dat het pistool, dat bij de moord is gebruikt waarschijnlijk hetzelfde pistool is geweest als waarmee een tijd voor de

moord op Sandra al verschillende malen is geschoten. De gevonden kogels komen was het kaliber, gewicht en samenstelling betreft namelijk

met elkaar overeen. Het pistool was toen in het bezit van Mutlu. Naast Mutlu hebben echter destijds ook Haci en Gokhan met het pistool geschoten.

Niet kan worden aangetoond, dat Mutlu op de dag van de moord over datzelfde pistool beschikte. Het moordwapen is nooit teruggevonden.

 

Een getuige heeft Sandra, nadat zij bij kennissen in de Johan Vermeerstraat was vertrokken en op weg naar haar woning te Martenshoek,

op zondag 26 juli 1998 omstreeks 22.20 uur in gesprek gezien met Mutlu. Een kennis van Sandra, Roy V., die ook op bezoek in de

Johan Vermeerstraat was geweest, heeft Sandra vervolgens omstreeks 22.30 uur weer alleen richting huis zien lopen.

En heeft Sandra niet meer gezien nadat hij snack had gehaald.

 

Een oud vrouwtje met een hondje heeft Sandra gezien omstreeks 22.30 uur. Sandra stond op de  hoek van de Kerkstraat bij een makelaardij

“de Wit” en vroeg aan Sandra of er iets was. De vrouw heeft Sandra zo lang nagekeken totdat Sandra uit haar gezichtsveld was in de

Meint Veningastraat richting haar huis. De vrouw liep vervolgens richting Hoofdstraat en kwam twee jongens tegen en gingen achter Sandra aan.

Vervolgens heeft een getuige Sandra rond 22.45 uur een lift aangeboden. Hij kon Sandra. Sandra wou niet mee. Sandra wou met drie jongens

mee die aan de overkant van de weg liepen.  Jongens hadden donker bomber jacks aan en baseball petjes op. De getuige kon deze jongens niet.

 

Omstreeks 23.00 uur is Sandra gezien door een cafetaria eigenaar (Braam) in de Hoofdstraat. Sandra liep weer terug richting Sappemeer.

Aan de Van Heemskerckstraat ten hoogte van het dierenpark heeft een getuige Sandra gezien. De getuige liet zijn hond uit omstreeks 23.20 uur.

Sandra liep vanaf A. van Ostadestraat richting  De Keizerstraat.  De getuige zag een auto met twee buitenlandse jongens Sandra achtervolgen.

Sandra was bang en liep goed stevig door volgens de getuige. De auto moest vervolgens keren in de Keizerstraat, want de straat loopt dood

voor autoverkeer. Sandra ging haar weg vervolgen richting Kerkstraat.  Even later weer achtervolgd door die auto met twee personen erin.

 

Naderhand heeft een bezorger omstreeks 01.30-02.00 uur, van het broodjeshuis ‘Kaan” aan de Kerkstraat,  Sandra alleen in de richting van

haar huis zien lopen. Vermoedelijk is deze persoon de laatste getuige geweest, die Sandra nog in leven heeft gezien.  Politie heeft deze

verklaring niet serieus genomen.

 

Vast is komen te staan, na sectie, dat Mutlu en Sandra seksueel contact met elkaar hebben gehad. Verder heeft een getuige op de beneden

verdieping in de Houtmanstraat 11 stemmen van een man en vrouw in het appartement boven haar gehoord en omstreeks 23.25 uur en bed

 horen kraken. Vaststaat ook dat  Mutlu ((illegaal) - hij had namelijk een sleutel van de woning) toegang had tot de bedoelde bovenwoning

en dat op de plaats waar Sandra werd gevonden verschillende voorwerpen uit de Houtmanstraat zijn gevonden.

Niets wijst erop, dat op de bovenverdieping in het Houtmanstraat enige vorm van geweldpleging of vrijheidsbeneming heeft plaatsgevonden.

Aanvankelijke leek het erop of in de Houtmanstraat handboeien waren gebruikt om Sandra daarmee vast te ketenen.  Nader DNA onderzoek

heeft echter aan het licht gebracht, dat op de betreffende handboeien alleen genetische sporen waren te vinden van Mutlu en een onbekende man.

 

Behalve dat verder nog riem en kleding van de Houtmanstraat 11a op de plaats waar het lichaam van Sandra tenslotte is gevonden zijn

aangetroffen valt er niets te zeggen over de toedracht van de moord en of er één of meerdere daders zijn geweest. Zo is de plaats van

het delict nooit gevonden. Het DNA sporen op de handboeien sluiten niet uit, dat er mogelijke meerdere personen bij de moord op

Sandra zijn betrokken.

 

Bij de plaats waar het lichaam van Sandra is gevonden is een schop aangetroffen, die vervolgens de verklaring van de vader van Multu

 uit zijn tuinhuisje afkomstig is. De schop was al enige tijd in het bosperceel aanwezig en is niet specifiek speciaal gebruikt om Sandra

 te begraven. Er zou een ingegraven vat met deksel in het bosperceel aanwezig zijn waar gestolen goederen in bewaard werden. Veel

 bewijsmaterialen wijst weliswaar in de richting van Mutlu, maar dat hij alleen het delict zou hebben begaan en geen mededaders of

medeplichtigen heeft gehad is niet waarschijnlijk en in ieders geval niet uitgesloten te achten.

 

Sandra zou gekneveld gevonden zijn. Autopsie wijst op zuurstof tekort. Dit wijst erop, dat Sandra eerst met een auto is vervoerd.

Bij de dijk, Rijksweg, vlak bij de plaats waar het lichaam van Sandra is aangetroffen heeft de politie sleutels en een schoen gevonden.

Ook dat wijst erop, dat Sandra nadat zij ergens anders is Vermoord met een auto naar een stille plek is vervoerd om haar lichaam te

kunnen verbergen. Multu had geen auto. Haci had wel een auto een BMW. Ook reed Mutlu soms in de auto van zijn zuster.

Het voorgaande wijst op meerder daders.

 

Het vorige in combinatie met de informatie, dat Haci, Mutlu, Gokhan en Robert H. vlak na de dag waarop de moord op Sandra vermoedelijk

 heeft plaatsgevonden, de BMW grondig aan het schoonmaken waren vormde een tweede reden om deze personen als verdachten aan te

 merken. Uit de BMW zijn sporen veilig gesteld, waaronder onder vezels, maar verder niet zijn onderzocht. Deze vezels kunnen vergeleken

 worden met de vezels die aangetroffen zijn op Sandra haar lichaam.

 

Door het rechercheteam is verder onder meer ook onderzoek gedaan naar het mogelijke motief van de moord. Sandra ging met de drie

verdachten om. Eén van de vragen van het team was dan ook of Sandra door het contact met Mutlu, Haci en Gokhan dingen over de

diverse criminele activiteiten van die groep had gehoord, zie zij eigenlijke niet mocht weten en dat die wetenschap haar mogelijk fataal is

 geworden. Zo ging in Hoogezand zelfs het gerucht, dat Sandra reeds een belastende verklaring bij de Politie tegen de drie zou hebben

afgelegd. Bij het onderzoek kon geen motief worden vastgesteld. Een puur seksueel delict is hier niet waarschijnlijk. De mogelijkheid blijft

 dus bestaan, dat Sandra is vermoord, omdat zij gewoonweg te veel wist van de criminele activiteiten van de betreffende groep. Ook het

 laatste wijst erop, dat Sandra met voorbedachten rade om het leven is gebracht en dat er meerder personen bij haar verdwijning en bij

de moord op haar zijn betrokken.

 

Volgens het dossier heeft een getuige de BMW zien staan in de week van Sandra haar vermissing, waar Sandra haar lichaam is aangetroffen.

 In 2005 heeft zich ook een getuige gemeld met de verklaring dat hij de BMW van Haci naast het bosperceel, waar Sandra haar lichaam is

aangetroffen, midden in de nacht heeft gezien in de week van Sandra haar vermissing. Rond de BMW bevonden zich op dat moment meerdere

 personen.

 

Sandra haar vermissing werd op donderdag 30 juli 1998 op de lokale televisie omroep uitgezonden. Dit was aanleiding van een getuige

 zijn merkwaardige ervaring op maandag 27 juli te melden aan de politie.

 

Sandra werd gevonden, nadat deze getuige zich aan de politie had gemeld, dat hij een zich verdacht gedragende persoon uit het bos zag komen.

 Waarna die persoon op de fiets is gestapt en weg is gereden. Iets verderop in het bos is daarna door de politie toen het half begraven lichaam

 van Sandra gevonden. Het is niet met zekerheid vast te stellen, volgens het dossier politie, of die getuige nu Mutlu of Haci heeft gezien. 

De getuige zegt zelf dat hij Haci heeft gezien. Ook heeft de politie verzuimd een Oslo Confrontatie uit te voeren, wat volgend de richtlijnen

 had moeten gebeuren. Ook dat laatste ondergraaft de stelling, dat Sandra door één persoon is vermoord. Het is zelfs niet met zekerheid

 te zeggen, dat Multu schuldig is aan de moord. Tenslotte is nog van belang, dat Haci blijkens het strafdossier geen sluitende alibi heeft,

tegenstrijdige verklaringen heeft afgelegd om alibi te verschaffen.

 

De medewerkers van het rechercheteam hebben zich bij het onderzoek naar een motief voor de moord vooral beziggehouden met de vraag

of datgene wat Sandra het opgevangen omtrent een wapenhandel van de betreffende verdachten een mogelijk motief had kunnen zijn voor

de moord op haar. Het scala van delicten waar de betreffende verdachten zich mee bezig hebben gehouden is echter veel omvangrijker.

Een nader onderzoek naar het mogelijk motief is hier dus op zijn plaats.

 

De getuige, die persoon uit het bos waar het lichaam van Sandra lag heeft zien komen en de man op een fiets heeft zien stappen kon beter

worden onderzocht. In het dossier staat steeds vermeld een opoefiets. Maar het is overduidelijke een zwarte gazelle dames fiets. De getuige

 heeft twee maanden later dezelfde fiets zien staan bij de koffieshop “De Happy” aan de Meint Veningastraat te Hoogezand en heeft dit

 keurig gemeld bij de politie. Vervolgens heeft de politie hiermee niets gedaan. Wellicht was de herkomst van die fiets nog te achterhalen.

 

Sandra is waarschijnlijk op zondag 26 juli 1998 om het leven gebracht. Een verder onderzoek naar de auto’s waarin de drie verdachten

op of omstreeks die datum zich verplaatst hebben is dan ook zinvol.

 

Op onder ander de plaats waar Sandra is aangetroffen en in de Houtmanstraat zijn tenslotte genetische monsters veiliggesteld voor DNA

 onderzoek(haren). Het merendeel van de monsters kon in Nederland wegens het ontbreken van de haarzakjes echter niet nader worden

onderzocht.  In 2000 kon het wel worden onderzocht in Engeland.  Waarom heeft de Openbare Ministerie hiervoor geen verdere opdrachten

 voor gegeven.

 

Het gaat daarbij om de “mitrochondriale” onderzoeksmethode. Deze onderzoeksmethode kent twee onderdelen namelijk een ‘mini sequencing”

en een “full sequencing”. Het laatste onderzoek levert meer zekerheid op en is naast een “mini squencing” zonder meer aan te raden.

 

Via een dergelijk onderzoek kon in 2000 mogelijk een sterker verband worden gelegd tussen de genetische monsters, die op diverse plekken

 

 zijn veiliggesteld. Van belang is verder om te onderzoeken of de resultaten van het ‘mitrochondriale” onderzoek verwijzen naar het genetische

materiaal, dat bij de handboeien is veiliggesteld en of de aldus gevonden profielen overeenkomen met het profiel van Haci. En wellicht was in

2000 via een ander genetisch onderzoek nog een duidelijker verband aan te tonen. Al met al kan een dergelijk “mitrochondriaal” of ander

genetisch onderzoek een nieuw en duidelijk daderspoor opleveren. En andere dader of nieuwe feiten hadden hiermee aan het licht kunnen

komen.

 

Het rechercheteam is te laat begonnen, met als excuus vakantietijd, en veel te vroeg ontbonden. Ik vind het heel erg dat de Justitie een zaak

 als deze niet wil oplossen. De dader of daders kunnen, in deze maatschappij nog steeds vrij rondt lopen. Dit geeft mij als vader van Sandra

 en de familie een zeer onbevredigend gevoel.

 

Al vaker vermoeden wij, dit is nogmaals bevestigd in de media waar in de strafzaak van Nienke zomaar rapporten worden verzwegen,

onwaarheden bevatten of worden achtergehouden om alleen maar te scoren.   Er bestaat bij mij grote twijfels omtrent de kwaliteit van

het onderzoek naar de moord op mijn dochter Sandra Ilona Kalk. Het gevoel zegt mij al jaren overduidelijk dat ook hier fouten zijn

 gemaakt. Tenslotte gaat het hierom een strafzaak waar minimaal 12 jaar gevangenisstraf voor staat.

 

                                                           ***********

 

RTL nieuws 17 september 2005:

NFI-deskundige; fouten OM zijn structureel.

Fouten in de opsporing zijn binnen het Openbare Ministerie Structureel. Dat zegt Çhief Scientist” Brouwers van het Nederlandse

Forensisch Instituut (NFI) in NRC Handelsblad. Volgens Brouwers staan de fouten in de zaak- Nienke niet op zichzelf.

Het OM zou te star vasthouden aan een bepaalde mening over een zaak. Resultaten van bijvoorbeeld NFI onderzoek worden gebruikt

zoals het OM het uitkomt. Brouwers zou het beter vinden als het NFI direct aan de Rechter-commissaris zou rapporteren.

Nu gaan de onderzoeksresultaten via het OM naar de Rechter.

***********************************************************************************************************************************************************